Peter Pijpelink - Partner Advocaten/ Mediators Terneuzen
Een huurder die een woning of (overige) bedrijfsruimte huurt
die verwarmd wordt door een oude Cv-ketel, kan te maken krijgen met hoge
stookkosten. Wie draait voor die kosten
op en kan de verhuurder worden verplicht om een nieuwe ketel te installeren?
Een oude Cv-ketel
Cv-ketels ouder dan 15 jaar zijn juridisch gezien oude
ketels. Dat blijkt uit een arrest van het gerechtshof in ’s-Hertogenbosch uit 2010.
In die zaak hadden de huurders hoge stookkosten omdat hun
woning werd verwarmd door een Cv-ketel die maar liefst 31 jaar oud was toen de
huurovereenkomst in 2005 werd gesloten. De verhuurder stelde dat de ketel in
orde was omdat hij nog perfect functioneerde en voldeed aan de normen uit 1974.
Dat was het jaar dat de ketel werd geïnstalleerd. De huurder stelde dat hij
schade leed doordat hij hoe stookkosten had door die oude ketel.
Het gerechtshof oordeelde dat algemeen bekend is dat Cv-ketels
een levensduur van 15 jaar hebben en dat
moderne ketels - met name hoogrendementsketels - aanzienlijk goedkoper in het gebruik zijn.
Het gerechtshof vond dat de ketel die dertig jaar oud was
veel hogere stookkosten veroorzaakte dan de huurder mocht verwachten.
Een oude Cv-ketel is een gebrek
Het gehuurde verschafte de huurder dus niet het genot dat hij mocht verwachten toen hij
de huurovereenkomst sloot.
Dan is er sprake van een gebrek aan het gehuurde in de zin van artikel 7:204 van het Burgerlijk Wetboek.
In een arrest uit 2015
herhaalde het gerechtshof nog eens de regel dat Cv-ketels die meer dan 15 jaar
oud zijn een gebrek opleveren.
Verhelpen van het gebrek
Huurders die een woning of bedrijfsruimte huren met een Cv-ketel
die ouder is dan 15 jaar, kunnen de verhuurder vragen dit gebrek te verhelpen
door een jongere ketel te installeren. Op grond van artikel 7:206
van het Burgerlijk Wetboek is de verhuurder verplicht dat gebrek te verhelpen.
Doet hij dat niet dan kan de huurder desnoods zelf een
jongere ketel laten installeren en de daarvoor gemaakte redelijke kosten op te verhuurder
verhalen, bijvoorbeeld door die kosten af te trekken van de huurprijs.
Vermindering van de huurprijs
Een huurder met een oude cv ketel kan ook ervoor kiezen om bij
de kantonrechter een vordering in te stellen tot vermindering van de huurprijs.
Die vermindering is bedoeld om de verhuurder aan te sporen om zelf een jongere Cv-ketel
te installeren. De verminderde huurprijs geldt totdat de verhuurder een jongere
CV ketel heeft geïnstalleerd. Dit alles volgt uit artikel 7:207
van het Burgerlijk Wetboek.
Schadevergoeding
Behalve herstel van het gebrek, kan de huurder ook vorderen
dat de verhuurder de schade vergoed die de huurder heeft geleden door de hoge
stookkosten. Dat volgt uit artikel 7:208
van het Burgerlijk Wetboek.
Vorderen dat een Hr-ketel wordt geplaatst
De bovengenoemde acties kunnen worden ingesteld door
huurders van zowel woonruimte als (overige) bedrijfsruimte.
De wet kent nog een actie die enkel bedoeld is voor huurders
van woonruimte. Zij kunnen op grond van artikel 7:243 van
Burgerlijk Wetboek vorderen dat de verhuurder energiebesparende maatregelen
neemt waaronder het isoleren van de woning en de kruipruimte daaronder en het
plaatsen van een Hr-ketel als de bestaande verwarmingsketel tenminste 10 jaar
oud is.
Als de huurder deze vordering instelt, mag de verhuurder wel
eisen dat de huurder akkoord gaat met een huurverhoging.
Conclusie
Een huurder hoeft hoge stookkosten veroorzaakt door een oude
Cv-ketel niet te accepteren. De wet biedt hem meerdere mogelijkheden om hieraan
een einde te maken.
Peter Pijpelink
Reacties
Een reactie posten